Buck, een ex-cavaleriesergeant, begeleidt samen met zijn vrouw Ruth een aantal bevrijde slaven naar het westen. 'Preacher' maakt deel uit van de groep. Hij is een ex-slaaf van een blanke predikant. Hij houdt echter meer van goud dan van God en dat brengt spanningen teweeg. Dan wordt het konvooi overvallen door een bende racisten, onder leiding van de sadistische Deshay, die vindt dat de slaven als goedkope werkkrachten in het zuiden moeten blijven.