Wanneer de jonge Simon tekent bij het vreemdelingenlegioen weet hij niet wat hem te wachten staat. Als de trainingen onbeschrijflijk zwaar zijn en de verzengende woestijnenhitte hem dreigt te breken, beseft hij dat het legioen tot het uiterste gaat en nog verder. Tussen het gespuis en criminelen vindt hij kameraadschap bij Dupont. Wanneer de korpsleider Dupont op sadistische wijze probeert te breken, twijfelt Simon aan zijn missie en aan de door hem afgelegde eed. De gedisciplineerde en zwaar getrainde legionairs moeten strijden en zien te overleven in de hel van de Algerijnse woestijn.