Het weesmeisje Juli (Zsuzsa Czinkóczi) keert in 1945 terug uit de Russische ballingschap naar Boedapest, waar zij onder bescherming komt te staan van een zonder veel scrupules aan de socialistische opbouw werkende gevangenisdirectrice Magda (Anna Polony). Er ontwikkelt zich een machtsstrijd op psychologisch en politiek niveau tussen Juli en Magda.