De avonturen van de twee vermaarde vrienden, Winnetou en Old Shatterhand, gaan verder. De laatste treedt nu op in de kwaliteit van detective. De niet zo slimme zoon van een rijke bankier, een jongeman die zich verbeeldt een dichter te zijn, laat zich door een zwendelaar tot een reis verleiden. Men begrijpt dat hier geen eerlijke bedoelingen achter steken en Old Shatterhand wordt aangeworven om de ontvoerde op te sporen. Dit wordt een tocht die zich tot diep in Mexico uitstrekt, met adembenemende belevenissen (in dit land was in de jaren 1863-1867 een felle burgeroorlog aan de gang en de strijd beroerde ook de indianen van Noord-Amerika). In het tweede deel van het boek worden de avonturen weer op Noord-Amerikaans gebied voortgezet. We beleven een geweldige petroleumbrand, we komen in het gezelschap van ruige pelsjagers, van andere beroemde 'westmannen', van rivaliserende indianenstammen: zo leest men met gloeiende oren verder, totdat men de laatste heldendaad uit de reeks als het ware persoonlijk heeft meebeleefd.